Dat wij af en toe eens een goed idee hebben, dat kan ik bij deze bevestigen. Tijdens de kerstvakantie trokken we naar Spanje, Costa Blanca. Een hele lange autorit (de vluchten waren duur + dan moet je ook nog een auto huren natuurlijk), maar eens daar, werden we wel beloond op prachtig weer, rustige stranden, mooie natuur, leuke stadjes en natuurlijk lekker eten.
Onze vakantie in Seattle en bij uitbreiding de staat Washington (en een klein stukje Oregon) zit er (al even) op! Tijd voor een verslagje met hoogtepunten!
Waarom nu juist Seattle? Wel, het stond nu ook niet meteen hoog op mijn travel-bucketlist, maar een goede vriend van mij woont er al meer dan tien jaar. Hoog tijd dus om hem eens een bezoekje te brengen! En aan de foto’s te zien die hij regelmatig post, lijkt het toch wel echt de moeite te zijn. En teaser alert: dat bleek het ook echt te zijn!
Zoals verteld in een eerdere blogpost, gingen we dit jaar op vakantie naar Zuid-Frankrijk en Italië met een VW California camper busje. We kamperen graag, maar onze tent is ondertussen tot op de draad versleten. Het dilemma was om een nieuwe tent te kopen, of toch eens iets anders te proberen. En zo viel ons oog op een campervan. Veel leuke voorbeelden te vinden van mensen die zelf camionettes hebben omgebouwd, maar er bestaat ook een echte camper editie van het legendarische Volkswagen busje: de California. Met zoveel jaren ervaring, zijn ze bij VW echte specialisten geworden om de busjes zo compact en toch zo luxueus mogelijk te maken.
We doen nog eens van travel blog, want ik heb er net een hele leuke roadtrip van een goede twee weken met man en kindje opzitten. Het idee speelde al langer in ons hoofd om eens met een camper op reis te gaan. Kamperen doen we graag, maar op de vorige reis werd ook wel duidelijk dat we het veel ‘gedoe’ vinden om altijd tentjes te moeten opzetten, zeker als het weer weer eens niet meewil. Een mobilhome leek ons nogal log, dus zo viel ons oog op een kleiner camper busje. Vriendin Elise huurde ook al eens een VW California om met vriend en zoontje naar Noorwegen te gaan, en dat beviel hen blijkbaar heel goed. En goede raad is goud waard, dus we huurden ook een VW California Ocean bij Van Hoe & zonen in Zwijnaarde.
Deze geluksvogel heeft er weer een heerlijk weekendje opzitten. Mijn roommate van weleer, Lisa en ik hadden nog eens zin in een citytripje samen en ons oog viel op Oslo (of toch het oog van de Skyscanner die een betaalbare vlucht voor ons vond met Brussels Airlines). In Stockholm waren we beiden al geweest, maar de Scandinavische parel die Oslo heet was voor ons beide nog een nobele onbekende. Gelukkig zijn er reisgidsjes die je bij wijze van voorbereiding toch maar eens op het vliegtuig erheen leest.
We keken er een beetje tegenop om onze laatste dagen in Sri Lanka in hoofdstad Colombo te “moeten” spenderen, wat schrik van de drukte in de grote stad en al. Maar eigenlijk viel dat geweldig mee. We vonden een leuk hotel in het centrum van de stad: C1 Colombo Fort. We namen de nachtbus uit Trinco en kwamen al toe om 4.00 uur ‘s nachts. Ik had even op voorhand gemaild met het hotel om te vragen of we een vroege check-in konden krijgen. Gelukkig was onze kamer al beschikbaar mits een kleine opleg, geen probleem op dat uur van de nacht. Oef seg!
Na the Hill Country hadden we weer behoefte om naar de zee te gaan. Eigenlijk is het regenseizoen in het zuiden en is het nu in juni hoogseizoen in het oosten. Trincomalee is the place to be maar helaas niet gemakkelijk te bereiken vanuit Kandy. Er rijden geen rechtstreekse treinen naartoe en ook de bus zagen we niet zitten, dus voor deze keer nemen we een taxi. Duur maar wel efficiënt. Onderweg kom je trouwens de beroemde rotstempels van Dambulla tegen. Onze taxichauffeur wilde er wel even stoppen voor ons maar Timo lag net te slapen en we wilden het mannetje wel zijn rust gunnen. De rit was iets minder dan vier uur.
In het Zuiden van Sri Lanka is het in juni broeierig heet (vermoedelijk ook de rest van het jaar), dus is het fijn dat we nu de bergen in kunnen trekken voor wat koelere lucht. Ella ligt op twee uur rijden van Tissa, dus kunnen we weer een vertrouwde tuk tuk inschakelen om ons naar de bergen te brengen.
De volgende stop op onze route doorheen Sri Lanka is Tissamaharama, of in de volksmond ‘Tissa’. Het is dé uitvalsbasis voor een safari naar Yala national park, ons getipt als 1 van de mooiste parken van Sri Lanka. Ook dé plek waar je -met wat geluk- luipaarden kan spotten. And boy were we lucky…
Na 3 fijne dagen in Galle werd het tijd om verder te trekken. We wilden naar Tissamaharama (kortweg Tissa) om van daaruit het bekende Yala National Park te bezoeken. Maar zoals ik in mijn vorige blogpost al vertelde, is het transport in Sri Lanka geen evidentie. Toch niet met een peutertje erbij. 4 uur op een local bus met ons kleintje zagen we eigenlijk niet echt zitten. Dus ik ging ten rade bij Nadia van Pilgrims hostel. Zij stelde voor om de reis in kleinere brokjes op te delen, en ook een stop te maken in Tangalle, een kuststadje. Goed idee! Ik boekte gelijk op Booking.com bij een uniek guesthouse voor de volgende dag (dat kan in het laagseizoen! Een goed hotel met ontbijt kost ons hier trouwens gemiddeld 20€/nacht, zalig toch?).